vrijdag 31 oktober 2008

So help me God

Er is nog hoop voor de mensheid. Amerika krijgt namelijk dadelijk haar eerste zwarte president. 
Helaas voor de dames, moet er nog even gewacht worden op de eerste vrouwelijke president. Maar hoe lang zal het nog duren voor de eerste presidentskandidaat komt, die het lef heeft om toe te geven een atheïst te zijn?


Er zijn minder gelovigen dan de gelovigen geloven. Ook de media en de maatschappij trappen er vaak in. 
Je moet namelijk het onderscheid maken tussen mensen die een traditie naleven, en mensen die daadwerkelijk in angst en afwachting leven van een opperwezen, en een leven na de dood. Die eerste groep is minder gek dan de tweede groep. Je cultuur is immers een deel van jezelf. 

Dat houdt niet in dat je niet je ogen kunt openen voor wat er om je heen gebeurt.

De media houdt de ogen ook niet wijd genoeg open, en maakt bovenstaand onderscheid nooit. Het is namelijk makkelijker om de schuld bij een hele cultuur neer te leggen, dan bij enkele individuen die gek zijn. 
Men denkt van alles over religie te weten, maar weet niets over psychische stoornissen, terwijl die vaak veel dichter bij huis zijn. 
Degene die een geloof ergens de schuld van geeft, is net zo gek als de gek die iets doet in naam van zijn geloof.

Later meer over gekte en ontoerekeningsvatbaarheid. Niet later meer over de verkiezingen in Amerika.

zondag 26 oktober 2008

Rij.

Goed, ergernis nummer 246 van de 27826: Nederlanders in de rij.
Stel; er staan 3 pin-automaten naast elkaar. Er willen een groot aantal mensen pinnen. Wat doe je? 
Je vormt een rij. Of, beter gezegd, je vormt één rij. 

Niet dus. Nederlanders begrijpen dit niet.

Vroeger kon ik me er aan ergeren als ik in de supermarkt in de rij stond, en een van de mensen voor me had vergeten haar groenten af te wegen (koop dan in blik, zoals ik). Dat betekent dus: langer wachten, 'ik had beter bij een andere kassa in de rij kunnen gaan staan'.
Nu kan het me niets meer schelen. Als ik in een lange rij sta en er wordt een andere kassa geopend, verroer ik geen vin. Immers; ook daar: onafgewogen groenten en muntjes van 5 cent die net in een rottig hoekje van mevrouws portemonnee zitten (ga dan pinnen, zoals ik).
In zo'n rij staand, fantaseer ik vaak over hoe het zou zijn, als de supermarkt eenzelfde rijensysteem zou hanteren als de banken in Amerika: één rij, meerdere afrekenpunten. Het zou een enorme rij worden, maar wel een die zo snel gaat dat hij niet stil staat.

Hetzelfde bij de drie pin-automaten. Als er iemand veel tijd nodig heeft is er niemand de dupe van als men in één rij staat; de meneer ernaast is immers snel klaar dus de rij schuift toch door.

Medelanders: vormt alleen één rij!

(en ga rechts op de roltrap staan, als je zo graag stil blijft staan; het is geen attractie! En laat eerst álle mensen uit de trein stappen voor je instapt; lekker rustig.)

Dood.

Vannacht heb ik slecht kunnen slapen. Ik heb namelijk, vlak voor het naar bed gaan, iemand zien overlijden.
Helaas was het niet de eerste keer. Ik heb namelijk al honderden mensen, voor mijn wakende ogen, op vreselijke manieren zien overlijden.
Ik vind dit ingrijpend. Helaas kan ik op weinig begrip rekenen. Het is namelijk normaal om dit mee te maken. Niet alleen is het normaal, miljoenen mensen vinden het heerlijk om dit mee te maken. Het geeft ze een goed gevoel, en na de eerste dode, kunnen ze er geen genoeg meer van krijgen.
Het gaat, voor de duidelijk, over TV en film. Voor mij maakt het minder veel uit, of het op het scherm of letterlijk voor mijn neus gebeurt. Ik vind het uiterst vervelend om te moeten zien; de doodsangst, de strijd, de lichaamsdelen, het verdriet en de rouw. U begrijpt, ik ben geen fan van Tarantino.

Andere, 'normale' mensen maken een veel groter onderscheid tussen echt en nep. Ik heb de grootste horror-liefhebbers bijna zien huilen na getuige te zijn geweest van een daadwerkelijk incident. Dat komt door het dierlijk 'fight or flight' instinct: zodra je zelf echt bloot komt te staan aan gevaar, wil je weg of ga je je verweren. Nadat het gevaar geweken is, komt de klap.
In de bioscoop kan je nog iets van dit instinct terug zien: als er een dode gaat vallen keren sommigen de ogen van het scherm. Deze mensen worden later uitgelachen door de menigte die er al zo aan gewend is geraakt, dat ze de filmmakers er toe dwingen steeds verder en verder te gaan.
Het vreemde is dus, dat als het echt is, raken ze in shock, maar als de lichamen in de films er niet echt genoeg uit zien, gaan ze klagen.

Wat ook opvallend is, is dat mensen vaak wél geraakt worden door dood op het scherm. Alleen uit zich dat dan in hysterisch gelach, en de uiterst frappante neiging om, een dag later, alle details van de film met mij en andere medemensen te willen delen. 
Dat is niet stoer doen; dat is verwerking. Ze willen het geweld normaliseren en rechtvaardigen; een plek geven. Ze hebben immers, bizar genoeg, zelf de keuze gemaakt om het te ondergaan.

Soms zijn de situaties in de film zo onrealistisch, dat het gevoel van 'dat had ik kunnen zijn' er niet meer is. Zo heb ik geen greintje pijn gevoeld voor de talloze Orcs die in Lord of the Rings worden afgeslacht. Daar kan ik ook de regisseur voor bedanken; in tegenstelling tot zijn eerdere werk vond hij het nu niet nodig al het geweld gedetailleerd in beeld te brengen.

Ik herinner me een radio interview, met de programmeur van Veronica, die op dat moment een kanaal moest delen met een kinderzender (mooi woord). De interviewer vroeg 'gaan jullie nog tieten laten zien?', waarop de man antwoordde 'dat kan niet, de kinderen stemmen uit gewoonte af naar dit kanaal'. De volgende vraag; 'wat gaan jullie wel uitzenden?' 'Oh, we gaan de populaire serie 'Tour of Duty' weer herhalen'. 
De boodschap is: verpest de tere kinderzieltjes niet met vrouwelijk naakt, maar een zelfdoding door een granaat in de mond kan geen kwaad.

Er zijn mensen, instellingen en overheden die het lef hebben om het verband tussen misdaad en geweld op TV teniet te doen. Immers; zomaar iemand neerknallen, dat doe je toch niet (echt)? 
Ik wil het nu niet gaan hebben over de invloed die de film -en wapenindustrie op die overheden hebben. Nu nog maar even niet, toch? Ga alleen maar wel eens na, hoeveel pistoolschoten jij al gehoord had voordat je volwassen was.

Ik zie de Romeinse tijden van gladiatoren en verheerlijkt geweld weer terugkeren. Geen tijgers tegen Christenen, want tijgers zijn een bedreigde diersoort. De mens echter totaal niet. 
Het is geen slecht idee; de Amsterdam Arena staat pal naast de Bijlmerbajes.

dinsdag 21 oktober 2008

Communicatie is oorlog

De uitvinding van internet was het begin van het informatietijdperk. Helaas bracht het ook minder mooie aspecten met zich mee.
Mensen hebben namelijk de neiging om elkaar compleet de huid vol te schelden op internet.

Mijn eerste ervaringen hier mee waren bij het gebruiken van chat-programma's. Voor mij was het best spannend als compleet onbekenden afkomstig van de andere kant van de wereld me wisten te vinden. Mijn chat-naam bestond namelijk uit het Engels voor 'ik verveel me'.
De spanning maakte al snel plaats voor woede. De mensen die tot me doordrongen, begonnen me de huid vol te schelden, in het Engels. Uit de teksten kon ik opmaken dat ze meestal met twee achter het scherm aan de andere kant zaten, elkaar aan te moedigen om steeds groffer te worden.

Op een dag had ik me in het chat-programma de naam van een klasgenootje aangemeten om haar een beetje te plagen. Weer meldden de wildvreemden zich aan, maakten me uit voor prostituee en eisten dat ik mijn kleren uit deed. Ik had dan meestal nog niet eens wat getypt.

Na een half jaartje waren de aanmeldingen zo talrijk dat het waardeloze chat-programma vastliep als ik het opstartte.

Het is erg makkelijk om iemand kapot te schelden vanachter het toetsenbord. Voor mij is het echter nog lang niet genoeg reden om het daadwerkelijk te gaan doen.

Ik houd hierbij rekening met het feit dat de mensen die dit wel doen;
-vaak jong zijn en hun rechtvaardigheidsgevoel nog moeten ontwikkelen
-vaak meisjes zijn, die in den lijve niet fysiek kunnen intimideren en het daarom vaak op schrift doen
-vaak Amerikanen zijn, die dommer zijn

De reden dat ik dit nu noem is Youtube. Ik vind de commentaren op de filmpjes zo boeiend dat ik me er op betrap, dat ik er ook naar op zoek ga als ik TV of een DVD kijk.
Het maakt niet uit wat er getoond wordt. Een valpartij, een politiek debat, een stand-up comedy show, een nest jonge katjes; altijd mondt het commentaar uit in een spiraal van verbaal geweld. 

Hoe komt het dat het vaak zover komt?

Volgens mij is het een bijeenkomst van zaken, maar aan de grondslag staat: het niet-kunnen lezen 'tussen de regels'. 

Ik schreef eens over het tekort aan culturele podia: 'waarom komt Alkmaar haar punkers wel tegemoet?'.
Dit werd geïnterpreteerd als een belediging aan het adres van de punkers, terwijl ik me eigenlijk indeelde als een van de punkers, op zoek naar een ruimte voor muzikale bijeenkomsten.

De agressie op fora en bij de commentaren komen vaak tot stand door een opmerking die beter gesierd had kunnen worden met 'aanhalingstekens' om een sarcastische of humoristische toon aan te geven.
Het contra-argument raakt dan vaak een wel-gevoelige snaar bij de eerste partij, die van zich af bijt, en er is weer een wereldoorlog bij gekomen, tussen twee volstrekt wildvreemden aan weerszijden van de aarde.

Is er een oplossing? Is er een oplossing nodig? Wat werkt, is de schrijver van de berichten (of de plaatser van de film) al het commentaar te laten lezen vooraf. Maar de vrijheid van meningsuiting is ons zo dierbaar.

Ik heb in ieder geval een tip voor medeslachtoffers van verbaal geweld; bij chat-programma's, accepteer nooit mensen in je lijst van wie je de naam niet kent.

(en oh ja; gebruik AdiumX, niet MSN)

maandag 20 oktober 2008

Confrontatie

De meest confronterende vraag die me in acht maanden stage als co-therapeut in een centrum voor groepstherapie werd gesteld:

Wat zou jij doen, als je een dag lang een vrouw zou zijn?

vrijdag 17 oktober 2008

Gapen en desinteresse

Dames doen minder vaak hun hand voor de mond als ze gapen, dan dat mannen dat doen.
Misschien ben ik bevooroordeeld omdat ik veel vrouwen zie gapen, omdat ik zo saai ben.
Maar dat doet niet af aan het feit, dat ik weet wat ik zie. Ik zie een aantrekkelijke jonge of ongeïnteresseerde domme vrouw voor korte tijd veranderen in een roze walrus.

Het is niet makkelijk, maar als ik in gezelschap ben, ben ik me er altijd van bewust dat er iemand de aandacht op me zou kunnen richten. Daar gedraag ik me naar.
Deze gapende dames hebben hier lak aan. Ze voelen zich zo op hun gemak in hun dromerige snoezelstaat dat ze mij en vele anderen ongegeneerd hun slijmvliesklieren tonen, in vol ornaat.

Deze constatering heb ik gedaan, of opgedaan, op school. We zaten in een kleine gespreksgroep, met een gedreven maar monotoon sprekende docent in psychoanalyse. De les begon om 09:30, dat is toch niet vroeg? Toch zaten de dames als zingende nijlpaarden naar elkaar te communiceren dat ze liever ergens anders zouden willen zijn.

Het is mogelijk discreet te gapen (dames). Je kunt het overschot aan lucht dat je hebt ingeademd door je neus laten ontsnappen. Hier gaan wel je ogen van tranen, maar het staat een stuk beschaafder. Als je hier in vordert, kan je zelfs een heel gesprek gaande houden zonder je gesprekspartner te beledigen.

Kijkersfile

Er stond vandaag in het nieuws, dat er vandaag één van de langste 'kijkersfiles' ooit stond, op de A27.
Nu ben ik nog niet zo lang automobilist, maar ik begrijp niet hoe dit kan.
Mijn eerste reactie bij het zien van zwaailichten aan de andere zijde is: 'hemel, een ongeluk, laat ik er voor zorgen dat het mij niet gebeurt, ik ga netjes rijden en voor me kijken!'.

Hoe kan er dan een file van meer dan 20 km ontstaan?

Welkom.

Even snel, over wat nu de bedoeling hier van is. 

Steeds vaker loop ik tegen dingen aan, waar ik niet uit kom. Dat zijn vaak acties of uitspraken van mensen of groepen mensen, soms zelfs een bepaald geslacht van mensen. 

Ik heb besloten me niet langer te ergeren aan deze dingen, maar om te proberen er achter te komen, waarom deze 'dingen' tot stand komen. Vandaar deze berichten.

Waar ik erg goed in ben, is overdrijven. Schrik daarom niet als u op deze plaats de kleinste futiliteiten aantreft. Althans, dat is misschien wat u er van denkt. 1000 maal 1 is toch 1000!
U noemt het wellicht aanstellerij of aandachttrekkerij, ik noem het educatie. Of opvoeding.